Sotransbois → Advies → Soorten herkennen
Soorten brandhout herkennen
Inhoud
Loofhout
De eik
Eiken heeft een zeer dikke, ruwe, gebarsten schors. Je kunt hem ook herkennen aan zijn webachtige levenslijnen. Het is de enige boom met dit patroon op zijn canvas.
Je kunt een eikenhouten stam ook herkennen aan de binnenkant. De stam heeft ribbels die met de hand kunnen worden afgepeld. Eikenhout is vaak knoestig. De binnenkant is ruw. Het is zonder twijfel het minst gladde hout.
Essenboom
Essenbast is ook gebarsten, maar de barsten zijn ondieper en minder ruw dan bij eiken. Lichtbruin of lichtgrijs van kleur met mogelijk witte vlekken. Soms zijn er rozeachtige accenten.
Jonge essen hebben een gladde bast. Hoe ouder de es, hoe meer de bast barst.
Jonge essen kunnen, net als andere hardhoutsoorten, ook stippels op de bast hebben, zoals hieronder te zien is:
Volwassen essen hebben gebarsten schors, maar de barsten zijn ondieper dan bij eiken:
Hieronder nog een foto van een nog oudere es. Je zult merken dat essen vaak witte vlekken hebben.
Net als eiken is de binnenkant van essen vaak knoestig en verheven. Dit kenmerk komt voor bij veel hardhoutsoorten. Dit is normaal, omdat hardhout ouder wordt geveld dan zachthout, waardoor de structuur van het hout dichter en complexer is.
Een andere manier om as te herkennen is de aanwezigheid van goed zichtbare strepen op de uiteinden, zoals hieronder te zien is:
De charme
De haagbeuk kan worden herkend aan zijn bast: die is altijd glad, in tegenstelling tot eiken en essen, en heeft een groene glans.. De schors lijkt veel op die van de beuk. Er zijn vaak grote witte vlekken.
Op deze haagbeuk is de binnenkant een fletse kleur, zonder reflectie, in tegenstelling tot bijvoorbeeld eiken.
Haagbeuk heeft vaak een groene tint, maar kan ook een paarse tint aannemen..
Hieronder zie je twee haagbeukstammen, de stam hieronder is erg droog en heeft paarse accenten.
Beuken
Beuken hebben een schors die lijkt op haagbeuk (glad en zacht). Hij is lichtgrijs van kleur en kan witte vlekken hebben.
Hieronder zie je een vers gekloofde beukenstam. Het kernhout heeft een donkerdere kleur dan het spinthout en kernhout. Dit gebeurt vaak als het hout net gespleten is.
Iep
Je kunt een iepenstam herkennen aan de uiteinden. De levenslijnen vormen golven, zoals wanneer een druppel in het water valt.
De bast van de iep is ruw en bestaat uit stukken die als stekels uitsteken.
De esdoorn
Je kunt een esdoornstam herkennen aan de gladde bast met roodachtige accenten.
De esdoorn heeft zeer kleurrijke schors:
Acacia
Acacia is gemakkelijk te herkennen omdat het een mooie geeloranje kleur heeft die lijkt op berken, vaak met een witte streep.
De walnotenboom
Walnoot heeft een schors die lijkt op die van eik en es: gebarsten, ruw en dik. Je kunt een walnootstam herkennen aan de donkerbruine onderkant van de bast.
Zachte houtsoorten
Berk
De berk is gemakkelijk te herkennen. Zijn schors is typisch wit of lichtgrijs. Het is heel dun en glad, maar het heeft zwartachtige barsten die verspreid zijn in vlekken of eenvoudige horizontale lijnen.
Als de berkenschors droogt, wordt hij dikker en barst hij een beetje, en barsten en scheuren vermenigvuldigen zich. De basis van de stam kan zwart worden.
Een origineel kenmerk van de berk is dat de schors gemakkelijk met de hand in kleine draadjes wordt afgepeld, alsof hij wordt geschild.
De enige soort waarmee je een berk zou kunnen verwarren is espen.
Els
Gemakkelijk te herkennen. Elzen hebben een roze kleur.
Elzenhout heeft vaak een oranje of roze kleur, vooral als het net gespleten is, zoals hieronder te zien is:
Elzenbast kan worden verward met eikenbast:
Grisard: populieren en espen
Grisard verwijst naar populier en esp. Het zijn vergelijkbare soorten.
Esp lijkt op berk, maar de schors is grijzer. In tegenstelling tot berken kan de bast van espen niet met de hand worden afgepeld. Dit is een goede manier om ze uit elkaar te houden.
Espenschors heeft verticale lijnen, terwijl berkenschors horizontale lijnen heeft.
Je kunt espen gemakkelijk verwarren met beuken als ze witte vlekken en grijze schors hebben, of zelfs met eiken (bruine schors). Je kunt espen echter herkennen aan de horizontale lijnen op de schors. Om dit te onthouden, gebruiken we een geheugensteun: we zeggen dat de schors van de espen "trilt" omdat er lijnen in de vorm van een golf zijn.
Kers
De gele berk is op deze foto gemakkelijk te herkennen aan de fel oranje kleur onder de schors. Je kunt ook zien dat de schors horizontale lijnen heeft. De kers geeft, net als andere fruitbomen, vaak een geur af bij verbranding en de vlam is gloeiend rood.
De binnenkant van de berk lijkt op die van de acacia, maar het verschil is gemakkelijk te zien aan de bast.
De oranje accenten zijn te zien aan de binnenkant van het houtblok:
Wilg
Hieronder zie je een wilgenhouten charbonnette voor een bakker.
Wilg kan verward worden met eik of es:
Naaldhout
Berken en ander zachthout zijn gemakkelijk te herkennen aan hun bast en harsvlekken.
Naaldhoutstammen zoals die hieronder zijn met wat oefening vrij gemakkelijk te herkennen. Je kunt snel zien dat het geen hardhout is, vooral door de gelige kleur van het kernhout.
Onderscheid maken tussen boomstammen en takken
Takken hebben niet dezelfde schors als boomstammen. Vaak is de schors gladder. Een essenstam heeft bijvoorbeeld gebarsten schors, terwijl de twee essentakken eronder gladde schors hebben:
Conclusie
Beste tip voor het herkennen van hardhout : ze hebben meer zichtbare en strakkere levenslijnen door hun langere groei.
Eiken zijn gemakkelijk te herkennen dankzij hun schors en zwemvliezen. Essen, haagbeuken en beuken hebben ook kenmerken die helpen om ze te onderscheiden.
Wat halfhout betreft, zal berk gemakkelijk te herkennen zijn.
Pas op voor zachte loofbomen: elzen en wilgen kunnen worden verward met eiken of essen.
Voor zachthout is er weinig moeilijkheid: hun schors ziet er vaak hetzelfde uit.
Als je de soorten herkent, kun je je leveringen controleren en de kwaliteit waarborgen.